Tijd voor het mysterie

Dit weekend las ik twee columns waarin het invallen van de herfst bejubeld werd. De onvolprezen Thomas van Luyn schreef in Volkskrant Magazine: “Herfst is de tijd van werk en doelgerichtheid, na al dat doelloze gehang en gehannes in de zon.” Hoog tijd om wakker te worden uit die suffe zomerslaap! Ook Paulien Cornelisse (van wie ik een fan ben) bleek in de NRC blij met de herfst, want dan hoeft er niet genoten te worden. “In de zomer moet er van alles. Er moet op een terras gezeten worden, het is zonde als je binnen zit, er moet op vakantie gegaan worden. Als de herfst er eindelijk is, slaak ik een interne zucht: hèhè. Dat hebben we weer gehad.”

Zij vraagt zich af hoe dat past in de evolutietheorie, want dat zullen oermensen toch niet gehad hebben, dat ze blij zijn dat ze niet meer hoeven te genieten? “De oermensen, stel ik mij zo voor, hielden van de zomer. Dan is het leven toch een stuk gemakkelijker. De geur van herfst is de geur van verderf. Het licht verdwijnt. Het eten wordt minder. Het wordt koud. Allemaal dingen waar je als oermens waarschijnlijk niet blij mee bent.”

Ik heb daarover een ander idee. Ja, we gaan weer hard aan het werk, dat klopt voor de meesten van ons. De scholen beginnen weer, het nieuwe culturele seizoen barst los, iedereen is er weer, je mailbox loopt vol, er zitten weer te weinig uren in de dag. (Dit jaar had ik het gevoel dat ze stiekem september hadden afgeschaft; we plonsden zó uit de zomer de hectiek van oktober in.)

Maar er is meer dan hard werk en niet-meer-verplicht-op-terrasjes-zitten. De herfst roept ons weer terug naar binnen – niet alleen fysiek maar ook spiritueel. We keren onze blik inwaarts en daar vinden we niet alleen ijver en ambitie, maar ook een diepere laag, de laag van het mysterie. Die ochtendmist over de weilanden, dat lage licht dat schuin door de bomen valt, die spinnenwebben die glinsteren van dauw zijn de uiterlijke versierselen van iets dat zich kan openen in je ziel.

Herfst is ook de tijd van Sint Maarten en het Michaelsfeest, van Halloween, Allerheiligen en Allerzielen, van Samhain en Yule. Het is net of het contact met de geestelijke wereld makkelijker wordt, als je niet meer wordt afgeleid door zonnige terrasjes en de klemmende vraag of je benen wel bruin genoeg zijn. We worden naar binnen geroepen, naar ons eigen hart, ons eigen centrum… en daarbinnen bevindt zich de poort naar het mysterie van het bestaan.

Hoe kouder en onherbergzamer het buiten ons wordt, hoe aanlokkelijker de binnenkant. Ik denk dat de ‘oermensen’ dat nog veel scherper aanvoelden dan wij nu, dat ze veel meer vanzelfsprekende voeling hadden met de uitnodiging van de herfst.

Wat denk jij? Wat is herfst voor jou? Hoe is jouw contact met het mysterie?

 

 

Geef een reactie