Moet je kikkers kussen?

De kikkerkus verscheen dertien jaar geleden. Ik maakte me nogal kwaad over het cliché dat ik destijds overal aantrof, zelfs in Opzij: meisjes moeten kikkers kussen. In het oorspronkelijke sprookje van Grimm smijt de prinses de kikker namelijk tegen de muur! Die kus is later verzonnen en ik vond het een corruptie.

Ik had een punt. Er zijn overal volkssprookjes te vinden met een kikker en een meisje erin, van Schotland tot Korea, en zij moet daarin altijd iets gewelddadigs doen, bijvoorbeeld met een roestig zwaard zijn kop eraf hakken, of zijn rug openknippen met een schaar, om er een schone jongeling van te maken met wie ze kan trouwen.

In de negentiende eeuw hebben vertalers en vertolkers die driftige, eigengereide prinses veranderd in een gedwee meisje dat gehoorzaam doet wat de kikker van haar wil.

“En zo zijn we opgescheept geraakt met het idee dat meisjes die zonder morren, op commando van hun vader of de patriarchale cultuur waarin ze leven, grenzeloos intieme contacten aangaan en blijven onderhouden met enge, chanterende, veeleisende, amfibie-achtige wezens,” schreef ik, “uiteindelijk beloond zullen worden met een nobele, liefhebbende echtgenoot. In de praktijk hebben onze liefdesgeschiedenissen zelden zo’n gelukkige afloop.”

 

Voortschrijdend inzicht deed zijn werk. Inmiddels denk ik: de meeste mannen zijn helemaal geen enge amfibie-achtige wezens, maar schattebouten die enorm hun best doen en hunkeren naar onze goedkeuring. En ik ben me bewust geworden van een diepere laag van symboliek in het sprookje.

De nobele prinses symboliseert daarin de ziel die uit de hemel afkomstig is en de kikker symboliseert de natuur, het leven, het aardse bestaan waarin de ziel terechtkomt bij de geboorte. De goddelijke ziel griezelt ervan: huu, wat is dit, water en modder, bloed en zweet en tranen, pijn en ziekte en dood… Moet ik dat echt liefhebben? Ik smijt het met kracht van me af!

Lange tijd hebben mensen gedacht dat ze het lichaam moesten onderwerpen, knechten, beheersen, om echt mens te kunnen worden. Dat was in zekere zin ook zo: er moesten allerlei primitieve instincten en driften uit. Wat we tegenwoordig doen – met een enorme generalisatie – is niet veel beter: we zien ons lichaam als een nuttige machine die we kunnen gebruiken om te imponeren, prestaties te verrichten. De nieuwe versie van het sprookje zegt: heb het lichaam lief, omarm het, verbind je ermee met hart en ziel.

 

Toch is De kikkerkus niet echt verouderd en ik sta er nog bijna helemaal achter.

Bij het overlezen dacht ik vaak: ja, dat vind ik nog steeds. Dat meisjes beter kunnen protesteren tegen platte seks vind ik helemaal niet zo gek, bijvoorbeeld.

Dat vrouwen niet op een macho manier ambitieus zouden hoeven te zijn, en waarom ze daar zelden duurzaam gelukkig van worden.

Kortom: een fijn boekje om je aan het denken te zetten, misschien hier en daar tegen je haren in te strijken en op andere bladzijden je te bevestigen in wat je altijd al wist!

 

De pdf van het boek krijg je gratis toegestuurd als je nieuwe abonnee wordt van mijn Nieuwsbrief – zie knop hiernaast – of als je als bestaande abonnee mij een mailtje stuurt met dat verzoek.

Geef een reactie